Met de tweede coronagolf zijn de wittebroodsweken van het thuiswerken voorbij. Steeds meer thuiswerkers voelen zich vermoeid, eenzaam en onzeker over de toekomst. Doen bedrijven wel genoeg om hun werknemers tevreden en in het juiste spoor te houden? ‘Geen bedrijf kan het zich permitteren om nog eens 12 maanden aan te modderen’, zegt stress en burnout-specialist professor Elke Van Hoof.
Onderzoeksbureau Stakeholderslab, dat een Nationale Thuiswerkmonitor bijhoudt, signaleerde onlangs een toenemend gebrek aan motivatie, en vermoeidheid onder de verplicht thuiswerkenden. Ook wordt de verbinding met het bedrijf gemist. “Niet alleen de virussen grijpen hun kans, maar ook de herfst- en winterdepressies. Burn-outs liggen op de loer,” aldus het FD in een artikel. Elke Van Hoof is professor klinische psychologie aan de Vrije Universiteit Brussel en onder meer gespecialiseerd in psychodiagnostiek, trauma, stress en burn-out. Al vroeg tijdens de coronacrisis ontwikkelde ze het platform Iedereenoke.be om mensen te helpen hun veerkracht te behouden. De Belgische site is inmiddels tienduizenden keren bezocht. Van Hoof relativeert het unieke van de coronacrisis enigszins: ‘Het coronavirus is inderdaad het eerste virus dat voor een ravage op deze schaal heeft gezorgd. Maar dat wil niet zeggen dat we niet kunnen terugvallen op bestaande kennis en modellen. Corona heeft mondiaal enorme impact, maar je kunt ook de analyses rond eerdere, kleine crises, zoals bijvoorbeeld de recente terreuraanslagen in België, of een gasontploffing in een bedrijf gebruiken om te zien wat er zich met werknemers afspeelt.’
‘We zitten in de overbelastingsfase’
Van Hoof hanteert zelf het model van Rafael uit 1986, waarin duidelijk beschreven staat welke fasen zich ontwikkelen na een ramp: ‘De eerste fase was na de lockdownmaatregelen. Het waren de wittebroodsweken, de honeymoonfase. “Fijn, ik hoef niet meer in de file te staan, hoi, ik heb meer tijd voor mijn partner en mijn kinderen.” En de introverten die zeiden “Heerlijk, ik hoef tegen niemand meer goedemorgen te zeggen”. Inmiddels zijn we maanden verder, er is een tweede golf aan besmettingen en iedereen weet dat het nog wel een tijdje zal duren voordat we verlost zijn van de pandemie. De overheid heeft geen pasklare oplossing. Daardoor zitten we nu in de overbelastingsfase, de fase dat we onszelf opnieuw moeten uitvinden. Dat gaat gepaard met veel pijn. We worden met onszelf geconfronteerd en als dat gebeurt terwijl je in je eentje achter je laptop zit, dan is dat zwaar. Er zijn gevoelens van angst, depressie, onzekerheid over de toekomst en er is ook agressie. We zitten nog niet in de stabilisatiefase, waarin we een nieuw normaal hebben bereikt. Maar we kunnen troost putten uit het feit dat we ons gedragen zoals we ons behoren te gedragen. Dat besef alleen al kan er voor zorgen dat mensen meer grip krijgen op hun situatie en hun veerkracht behouden.’
‘Leidinggevende moet zich nu bijscholen’
Dat veel medewerkers zich niet meer prettig voelen is gezien de situatie dus niet abnormaal. Van Hoof noemt het coronamoeheid. De vinger moet nu wel nadrukkelijk aan de pols worden gehouden. Het is zaak dat leidinggevenden zo vroeg mogelijk detecteren wie hier serieus last heeft van heeft en het niet meer trekt: ‘Het is belangrijk om niet te wachten tot iemand met serieuze klachten uitvalt. Cijfers geven aan dat het kortdurend verzuim toeneemt. Dat kan leiden tot een hausse aan langdurig verzuim. Leidinggevenden moeten zich nu bijscholen, vooral op het vlak van leiding geven op afstand, zodat ze alarmsignalen kunnen herkennen. Wij hebben een heel pragmatische tool ontwikkelt met de naam APGAR, die voortkomt uit de neonatologie. Ze staat voor Appearance, Performance, Growth, Affect en Relationship. Zijn twee van deze vijf bij iemand afwezig, dan kan er sprake zijn van toxische stress. Tijdens een videogesprek kunnen leidinggevenden er vrij eenvoudig achter komen hoe het met iemand gaat en hem of haar direct doorsturen naar een zorginstantie, bijvoorbeeld de arbo-arts. Daarmee kun je voorkomen dat iemand langdurig uitvalt.’
‘Niemand heeft iets aan een zoomvergadering van drie uur’
Telewerken en videoconferencen is erg belastend, zegt Van Hoof: ‘Je eigen gezicht op een scherm zien tussen allerlei anderen die continu bewegen, die je hoort. Er zijn genoeg mensen die dagelijks de ene zoommeeting na de andere hebben. Dat is vreselijk. Het erge is dat veel mensen ‘zoomen’ op de manier zoals ze vroeger een face-to-facevergadering hielden. Je moet deze nieuwe communicatiemiddelen in je voordeel gebruiken. Niemand heeft iets aan een zoomvergadering van drie uur. Teammeetings, trainingen en opleidingen, breek ze op in blokjes van ten hoogste 45 minuten. Bereid ze veel serieuzer voor. De kennis over hoe je efficiënt zoomt is allang aanwezig, want er zijn bedrijven die al decennia aan home based working doen. Bestudeer hun werkwijze.’
‘Organiseer lokaal evenementen, houd wandelmeetings’
Behalve mentale vermoeidheid voelen veel thuiswerkers dat de band met het bedrijf verwatert. Een reële ervaring aldus Van Hoof: ‘Uit het oog, uit het hart. Het is essentieel dat managers worden opgeleid om dat te voorkomen. Leidinggevenden zijn het afgelopen jaar meer uren gaan maken. Ze besteden veel tijd aan één op één videocontact met hun medewerkers om de band hecht te houden. Met wat kleine tips and tricks kun je mensen het gevoel geven dat ze zich thuis op het werk blijven voelen. Een platform als Whereby bijvoorbeeld maakt het mogelijk om meetings te organiseren, waarbij de achtergrond er precies zo uitziet als je eigen bedrijf.
Niets is zo vermoeiend als dag in dag uit 24 uur in dezelfde omgeving te zijn, op dezelfde stoel te zitten. Daarom is het belangrijk dat er lokaal evenementen worden georganiseerd waar mensen elkaar buiten kunnen ontmoeten in kleine groepjes. Of je kunt wandelmeetings houden, waarbij het toegestane aantal collega’s wandelend in de natuur vergadert.’
‘Er is maar één heilige graal’
Werken op afstand vergt dus een andere werkwijze, maar ook een andere organisatie van het bedrijf. Met een vaccin tegen corona op komst zouden werkgevers kunnen besluiten om de crisis maar uit te zitten, om straks weer back to normal te gaan. Zeer onverstandig, zegt Van Hoof: ‘Er is geen bedrijf dat zich kan permitteren om nog eens twaalf maanden aan te modderen. Er is maar één richting en die is voorwaarts. Nieuwe vaardigheden aanleren. Al is er straks een vaccin, covid-19 verdwijnt niet meer uit ons wereldbeeld. Er is maar één heilige graal en dat is vertrouwen op ons vermogen en kunnen om ons aan te passen aan nieuwe, onbekende situaties.’
Wie is Elke Van Hoof?
Elke van Hoof is professor klinisch psychologie aan de Vrije Universiteit Brussel. Ze is gastdocent aan de Vlerick Business School en gespecialiseerd in psychodiagnostiek, trauma, stress en burn-out. Daarnaast is ze zaakvoerder van Huis voor Veerkracht, het expertisecentrum voor stress, burn-out en veerkracht en stichter van Ally Institute, een not-for-profit met slagzin “Rethink stress, reshape society”.
Foto : Inge Wachtelaer